Showa

Showa Sanshoku

Showa Sanshoku zoals de in de volksmond genoemde Showa officieel heet, is één van de drie hoofdrolspelers in de koi-scene. Naast Kohaku en Sanke behoort de Showa tot de groep die wel wordt aangeduid met Go-Sanke. De drie variëteiten uit de Go-Sanke groep zijn veruit de populairste vissen uit de koiscene. De Showa dankt zijn naam aan het tijdperk waarin deze vis is ontstaan. Het Showa Jidai liep van 1926 tot 1989, de regeerperiode van keizer Hirohito (ook wel keizer Showa genoemd). Je zou Kohaku van deze drie de meest elegante vis kunnen noemen en Showa de meest stoere.

Een Showa is een koi met een zwarte basiskleur en een rood en wit patroon. Veel beginnende hobbyisten hebben moeite om Sanke (die ook de kleuren wit, zwart en rood kent) en Showa uit elkaar te houden. Toch zijn het compleet verschillende vissen met een andere oorsprong. Sanke heeft bijvoorbeeld in tegenstelling tot Showa een witte basiskleur.

Oorsprong

Jukichi Hoshino was in 1927 de eerste man die een Showa creëerde door een Ki Utsuri (een zwarte koi met een geel patroon) met een Kohaku te kruisen. Stel je niet te veel voor van deze vis, het was een grijszwarte koi met een gelig rood patroon. Showa werd in 1964 pas echt op de kaart gezet door Tomiji Kobayashi, notabene een hobbyist! Hij kruiste een Yagozen Kohaku in waardoor de vis sterkt verbeterde op alle drie de kleuren. Hierna ging het los. De Showa werd een ongekend populaire variëteit, zeker nadat een van de vissen van Kobayashi als eerste Showa ooit de All Japan Show won. Dat is de belangrijkste koishow ter wereld. De Grand Champion van die show mag zich wereldkampioen noemen. Daarna volgden nog vele Showa kampioenen, de laatste decennia zelfs meer dan Sanke.

Kweek

In Japan hebben een aantal kwekers Showa als belangrijkste specialiteit in hun kweekprogramma zitten. Denk hierbij aan Dainichi, Isa, Oomo en Ueno. Showa is net als alle andere koi een variëteit, géén ras. Bij een ras zijn alle nakomelingen qua kleur en tekening hetzelfde, bij een variëteit kunnen nakomelingen ook afwijken qua kleur en daardoor onder een andere variëteit vallen. Nakomelingen van Showa zonder wit zijn bijvoorbeeld Hi Utsuri en nakomelingen zonder rood Shiro Utsuri. De eerste slectie van Showa is simpel en kan vlak na het uit het ei kruipen plaatsvinden. De zwarte exemplaren worden aangehouden, de rest valt af. De tweede selectie vindt plaats als de visjes het zwart grotendeels hebben verloren en het rode patroon zichtbaar wordt. De visjes met een redelijk goed “Kohaku” patroon worden aangehouden, de rest valt af. Daarna is het afwachten of het opnieuw opkomende zwart de visjes tot een mooie Showa maakt. Belangrijk bij Showa is, dat de kleuren mooi verdeeld over het lichaam zitten en alle drie de kleuren op de kop vertegenwoordigd zijn.

Subvariëteiten

Showa heeft op koishows een eigen showklasse “Showa”. Hieronder vallen een paar subvariëteiten. De Kobayashi Showa is de traditionele variëteit met veel zwart. Een Kindai Showa heeft veel minder zwart en daardoor meer wit. Een Hi Showa daarentegen heeft weer veel rood en daardoor weinig wit.